Veranderingen in de maatschappij doorheen de eeuwen
De landbouwmaatschappij – de waardering voor de aarde-energie en de plaats van de vuur-energie
De mens was in oorsprong een jager-verzamelaar. Iedereen in de kleine gemeenschap nam deel aan een beperkt aantal activiteiten, nodig om te kunnen overleven. Het reptielenbrein was zeer belangrijk en bepaalde vaak of je werd gedood of dat je kon overleven. In de loop van de geschiedenis nemen de grote hersenen een steeds grotere plaats in. De sjamaan en/of het stamhoofd krijgen een plaats en worden verkozen op basis van kracht en/of kennis en werd in zijn macht niet betwist. De cultuur was heel sterk hiërarchisch. Beslissingen werden vaak rond het kampvuur genomen door een groep van wijzen, maar knopen werden door één persoon doorgehakt, de onbetwiste leider. De leider was wijs, bezat zeer veel informatie op basis waarvan hij zijn groep intern kon coördineren. Processen en rituelen zijn belangrijk om de orde en de controle te garanderen. Mensen moeten samenwerken om te overleven. Om het vanuit de behoeftedriehoek van Maslow te stellen: Veel verder dan de basisbehoefte van eten, drinken, slapen en veiligheid kwam men niet. Iedereen kende zijn plaats. Ouderen besloten voor het goede van de groep om achter te blijven indien hun leeftijd het hen niet meer toeliet om mee te draaien, ze stopten met eten, om de groep de kans te geven te overleven. Het leven was heel erg geordend en precies. Beslissingen werden genomen op basis van weloverwogen en gedetailleerde informatie. De orde van de natuur in plaats en tijd bepaalde het leven. En verkeerde beslissing kon leiden tot uitsterven van de groep waardoor gedetailleerde informatie en observatie van alle elementen van het leven en vasthouden aan het gekende van zeer groot belang was.
Door veranderingen in het klimaat gingen dieren andere oorden opzoeken en verdwenen veel planten of gingen ook zij andere oorden opzoeken, te samen met de dieren. In tussentijd ontdekte de mens dat er op bepaalde plaatsen waar ze de voorgaande jaren hun kampen optrokken dezelfde gewassen terugkwamen. Ze leerden dieren te temmen en ze vonden manieren om voedsel te bewaren. En zo begon de mens zich langere periodes op eenzelfde plaats te vestigen. Deze veranderingen hadden niet echt een grote invloed op de cultuur. Het leven werd voor een stuk meer plaats onafhankelijk maar bleef in eenzelfde patroon bestaan. De regelmaat van de aarde en het klimaat bleven de levensstijl en de waardering bepalen. De gemeenschappen werden groter en de sub-gemeenschappen zoals het gezin bleef een sterk behoudsgezinde hiërarchische structuur behouden. Vader was de absolute partriarch in de familie en bezat de absolute macht. Tradities bleven in ere en veranderingen waren niet welkom. Het was van levensbelang dat alles vlot gerund werd. De interne coördinatie was strikt en goed. Iedereen kende zijn taak en je werd gewaardeerd voor het goed en tijdig uitvoeren van je takenpakket. Dromen waren niet welkom, relaties waren er in functie van het behoud van eigendommen en versterken van familiebanden.
De oogsten leveren meer op dan nodig om te overleven, waardoor er overvloed ontstaat. De bevolking groeit en er ontstaan stilaan nieuwe rollen en nieuwe taakverdelingen. Ambachten ontstaan en handelszaken rijzen als paddenstoelen uit de grond. Met paard en kar wordt naar nabijgelegen dorpen getrokken, met zeilboten worden nieuwe continenten verkend. De kleine gemeenschappen, zijnde de gezinnen, worden interafhankelijk en er ontstaat ruilhandel. Met de ruilhandel ontstaat ook ineens de marktcultuur of de vuurcultuur. Het gaat niet meer om de details, het ritme van de aarde wordt voor een groot deel van de werkende populatie naar de achtergrond geschoven. Door het opsplitsen van taken gaat het erom om snel de juiste beslissingen te nemen, de bereidheid te hebben risico’s te nemen en de moed van richting te veranderen. De focus komt liggen op de externe wereld en de groei. Zekerheden verdwijnen of veranderen, responsiviteit is belangrijk. Mensen worden competitief. De enige weg is de weg naar succes. ‘Geld’ en ‘winst’ worden de belangrijkste drijfveren. De aarde-energie heeft langzaam maar zeker plaats gemaakt voor het vuur-element. Let op, de waarderig voor het aarde-element verdwijnt niet, scholen blijven gericht op het verwerven van kennis, we blijven alles erin pompen. Er zijn nog steeds mensen die zich bezig houden met het ritme van de aarde. Er worden systemen opgezet om de rendabiliteit in het oog te houden en er zijn massa’s mensen die bezig zijn met het verzamelen en vastleggen van een grote hoeveelheid aan informatie. Minitieus worden boeken met de hand geschreven om kennis niet verloren te laten gaan en de overlevering te garanderen. Vuur heeft de aarde-energie absoluut nodig om ten volle te kunnen branden. Maar… de macht en respect voor die macht kent een verschuiving.
De vernietigende kracht van vuur en de opkomst van de waterdimensie
De macht komt in handen van een steeds kleinere groep, die de grote groep gaat domineren en uitbuiten. In naam van God worden mensen gedood, worden oorlogen gevoerd, wordt misbruik gemaakt, worden rijkdommen vergaard. Het gaat niet langer om het zoveel mogelijk opslaan van gegevens om te overleven. Je ontleent je macht niet aan je kennis, die staat intussen beschreven in boeken, toegankelijk voor die kleine minderheid vanuit het idee dat is blijven bestaan dat kennis macht is. Macht wordt in eerste instantie ontleend aan je vermogen en je positie. Kennis bij de kleine man wordt gevaarlijk. Overleven doet de kleine man door zich dom te houden, te zwijgen en volgzaam te knikken. De happy few die wel aan de macht zijn bestendigen hun rijkdom door het nemen van beslissingen en het nemen van risico’s en zichzelf in te dekken door contacten te onderhouden met de juiste mensen of projecten te laten sponsoren door de wereldse of kerkelijke macht. Wat je hebt, daar probeer je aan vast te houden en dat probeer je uit te breiden, ten koste van alles, vaak medogenloos. Productieprocessen worden opgedeeld in kleine delen, werk wordt heel repetitief en je gaat je hoofd niet meer volsteken met al hetgene dat je nodig hebt voor een volgende seizoen, een volgende jaar, maar beperkt je tot het overleven van de 16uur durende werkdag, geen overlevering, geen verleden, geen toekomst. Denken is bedreigend. De macht van de Kerk en de wereldlijke macht worden uit elkaar getrokken, maar blijven hand in hand gaan. In de naam van God wordt goed en kwaad erin gedrild met als doel angst te creëren en van daaruit volgzaamheid. Vuur gaat zijn boekje te buiten, brand alles op wat niet in het plaatje past, letterlijk en figuurlijk. Je mag er geen eigen mening op na houden. Stilaan gaan mensen zich verenigen en opstaan tegen de donkere krachten van de vuur-energie. Ze beseffen dat ze dit niet alleen kunnen, ze moeten zich verenigen. En zo ontstaat de water-energie, die zijn kracht ontleent aan het misbruik dat het vuur maakte, waardoor de groep een gemeenschappelijke vijand heeft. Overal ontstaan rellen. De reacties zijn hevig en de regering beseft dat dit ten koste zal gaan van de economie en neemt een positie in tussen de industriële macht en de macht van werknemersorganisaties. Op andere plaatsen worden compromissen gesloten tussen de Heersers en de locale bevolking. Onafhankelijkheden worden uitgeroepen of groepen met tegengestelde belangen leren om, zij het soms moeizaam, samen te leven en een evenwicht te vinden. Macht wordt een vies woord. De rechten van de mens worden geformuleerd, vrijheid en gelijkheid gepredikt. De maatschappij gaat waken over de zwakkeren. Nieuwe collectieve waarden en normen krijgen een plaats. Verschillende politieke vormen ontstaan. Marx predict het communisme als ultiem antwoord op de ongelijkheid, op andere plaatsen wordt de vrijheid meer in de mond genomen en ontstaan democratische samenlevingsvormen. Langzaam maar zeker ontstaat een shift van de waardering voor de vuur-energie naar de waardering voor het water-element en zijn zorgzaamheid en collectiviteit. Het is belangrijk dat we ons goed voelen, dat we zorgen voor elkaar, dat niemand uitgesloten wordt. We moeten ten koste van alles zorgen dat vuur niet meer de kop op kan steken.
De welzijnsmaatschappij en de kracht van water
Industrialisatie heeft gemaakt dat we 50 keer meer kunnen produceren dan in de landbouwmaatschappij. Er is dus overvloed, maar dit heeft tot gevolg dat de levensverwachting stijgt en de wereldbevolking als mieren de plaatsop de aarde innemen. Meer en meer mensen dus om voor te zorgen, door een kleiner en kleiner aantal actieven. Wij stoppen niet met eten als we te oud worden om bij te dragen aan de maatschappij. Weet je, mijn vader is al langer met pensioen dan dat hij gewerkt heeft. Niet dat ik hem dat kwalijk neem hoor, of dat hij zou moeten stoppen met eten. Laat ik hem vooral dat idee niet in zijn hoofd steken, want hij zou nog durven ook, hij houdt er nog ideeën op na die niet echt passen in onze zorgende water-maatschappij, waarin het individu ondergeschikt is aan het collectieve belang. In ieder geval rusten er op mijn schouders, als werkende mens, niet minder dan drie mensen die ik onderhoud. Maar ook dat stoort niet, want we hebben toch genoeg, niet? Al is het niet altijd gemakkelijk om te bepalen wat genoeg is in onze materialistische wereld en/of in onze waterwereld. Nadeel van de waterenergie is dat ik mijn identiteit verlies en op heel veel vlakken geïndoctrineerd wordt om mee te gaan in de wereld van de groep. Paradigma’s worden sterker dan ooit en moeilijker en moeilijker te ontmijnen. Hoewel er vrijheid van meningsuiting is kan je niet buiten de groep of de maatschappij treden en gaan we ons toch conformeren. Je wordt niet openlijk berecht en op de brandstapel gezet zoals dat in de vuurperiode het geval is, je wordt onder water getrokken. Je wil erbij horen mee genieten van de nieuw verworven maatschappelijke rijkdom, sluit je aan bij groepen en verenigingen en leeft hun waarden en normen. Je doet het niet meer omdat het moet, maar omdat je erbij wil horen.
We leven nog steeds in een left-brained world. Ratio viert nog steeds hoogtij, al ontstaan er allerlei vormen en verenigingen die de rechter hersenhelft wel gaan waarderen (lieft als je dood bent) maar dan graag in je vrije tijd, niet als erkend beroep. Kunst is mooi, maar hoort nog steeds niet echt bij het leven. Creativiteit, fijn, maar doe dat in je eigen tijd. Op je werk doe je wat je gevraagd wordt.
Er ontstaan nieuwe beroepen. In onze welvaartmaatschappij hebben we niet de tijd om én te werken én voor onze kinderen te zorgen én voor onze ouders en misschien zelfs onze grootouders te zorgen. We willen een eigen huis, tuin, buitenverblijf, auto, televisie, … Dus beide partners werken en een groot deel van de bevolking gaat in de zorgsector werken. Er wordt afbreuk gedaan aan het instituut ‘gezin’ of ‘familie’. De Patriarch heeft niet meer het recht om op zijn eigengereide manier de familie samen te houden. Een vrouw moet het misbruik van de man (of omgekeerd) niet langer pikken en kan eruit stappen. Maatschappelijk nog niet echt aanvaard, maar in extreme gevallen kan het.
Op sommige plaatsen blijft de angst voor de heropstanding van het vuur bestaan en blijft het paradigma van de kracht van vuur zodanig doorzinderen dat het water donker wordt. Er is geen enkel vertrouwen in het individu. Elk initiatief wordt de kop ingedrukt en het behoudensgezinde water verdrinkt elk verlangen naar verandering in het kader van het algemene belang. Daar waar het vuur het hardst heeft gebrand wordt het water het diepst en ontnemen de groepen zichzelf elke kans tot groei en evolutie. Jongeren willen hier geen deel van uitmaken. De te betalen prijs is te hoog. Langzaam maar zeker verdwijnen deze culturen en sub-culturen uit het landschap. In een zo snel veranderende omgeving hebben ze geen bestaansrecht meer. Water is een zeer mooie energie. Teveel water is verstikkend. Het individu heeft terug zuurstof nodig, op weg naar zelfrealisatie.
De informatie-maatschappij – de waardering voor de Lucht-energie
En dan doet de computer zijn intrede, de start van de informatiemaatschappij. Alle kennis, alle informatie wordt overal en voor iedereen beschikbaar. Alles wat we in ons hoofd gestoken hebben, overgedragen hebben is met de druk op de knop overal te raadplegen. Al die inspanningen, al die jaren op school, heel dat gevecht om voor elk kind het recht op onderwijs te voorzien en er zoveel mogelijk in te pompen en om papiertjes te voorzien waarmee we naar een werkgever kunnen wuiven om aan te tonen hoe goed we vanbuiten kunnen leren en hoeveel we in dat hoofd gestoken hebben (nog altijd waarden uit de aarde-periode) is allemaal te vinden in de computer. Toch denken we nog steeds dat alles dat hoofd in moet. We werken om te kunnen concurreren met de computer en bijten onze tanden erop stuk. En dat terwijl jongeren uit de volgende generatie met een idee en zonder geld of ervaring op zak naar Sillicon Valley vertrekken en daar super rijk worden.
Automatisaties verdringen jobs, alles moet sneller en beter. We zijn niet langer tevreden met wat we krijgen als klant. Zero defect-culturen ontstaan, Kaizen werkmethodes moeten ervoor zorgen dat kwaliteit gemaximaliseerd wordt. Robots en machines nemen ons werk over. De Markt is een wereldmarkt geworden, concurrentie veegt bedrijven die niet investeren of niet veranderen van de kaart. Loonkosten worden te hoog. Er kan niet meer betaald worden voor handenarbeid, de waardering gaat naar daar waar er meegedacht wordt, verbeterd wordt.
Jongeren hebben behoefte aan identiteit, wensen zich niet meer te conformeren naar de maatschappij en willen terug iemand zijn, willen niet gestigmatiseerd worden, hebben een hekel aan alle vakjes en bureaucratische systemen waarin ze moeten fitten. Ze hebben lak aan school waar ze dingen moeten memoriseren die hen op geen enkele manier gaan helpen in hun leven. Ze zijn afgeleid en zoeken hun eigen route, hun eigen weg.
In hun hersenen spelen zich fenomenen af die we niet begrijpen: teveel linken, teveel neuronenverbindingen die hun tentakeltjes uitspreiden naar andere verbindingen en redenen vinden om de informatie naar binnen te trekken en samen te brengen met alles wat daar al aanwezig is. Gevolg: ADHD of ADD of in een mooiere term hypersensitiviteit. Ieder kind lijkt wel ergens een afwijking te hebben van de norm.
Instituten verdwijnen. Meer dan 40% van de kinderen worden niet geboren in een klassiek gezin, maar hebben een alleenstaande moeder. Koppels blijven niet samen voor het leven. Jongeren gaan anders wonen, samen met wat vrienden in een huis. Delen wordt een tweede natuur, online, maar ook in het echt leven.
En terwijl op heel veel plaatsen water nog steeds hoogtij viert en meningen niet openlijk geuit mogen worden, onttrekken jongeren zich langzaam maar zeker aan dat water, happend naar lucht. Zorgen is goed, geen probleem mee, maar niet als dit ten koste gaat van mijn eigen identiteit. Jongeren zoeken naar datgene wat de maatschappij hun niet langer bieden kan. De kadertjes passen niet meer. Ze proberen ze nog wel aan te trekken, maar worden daar moe van, verliezen hun energie en hun interesse.
En langzaam maar zeker zien we dat de lucht-energie aan kracht wint. Jongeren zijn bereid om de prijs te betalen van het zich niet confirmeren. Ze voelen zich verstikken in de water-maatschappij en onttrekken zich, gaan hun eigen weg, willen honderden dingen doen, dromen najagen, visies opbouwen. Willen geen lifetime employment, maar doen in hun studententijd al 3 verschillende jobs en willen na hun studie ook dat commitment niet aangaan. Ze gaan voor hun ouders nog wel naar school, maar leren overal waar ze komen of zijn. Hebben interesses is zoveel zaken en zijn daar intens mee bezig, tewijl de ouders zich druk maken omdat ze niet doen wat van hen verwacht wordt. Leren is voor hen niet iets van voor hun 25ste, maar van altijd. We evolueren naar een right brained world, waar creativiteit hoogtij viert, waar we levenslang kunnen leren, waar we gaan meewerken aan projecten, waar we ons ontwikkelen, waar we korte en soms langere contacten hebben, waar we connecteren en deconnecteren, waar persoonlijke groei samengaat met maatschappelijke groei. We staan aan de vooravond van drastische veranderingen, op weg naar een nieuw evenwicht. Lucht zal zijn glorie kennen, maar niet zonder de andere elementen, in nauw contact met de andere elementen, omdat we elk stukje van de puzzel zullen moeten samenbrengen om er een groter geheel te maken.
De toekomst ziet er fantastisch uit. Anders, maar goed, met een geheel nieuwe focus. Onze regering zal nog heel veel werk hebben om de nieuwe generatie te bieden wat zij nodig hebben en dat gaan ze niet doen door oude instituten te herinstalleren. Het is een fantastische generatie, klaar voor een nieuwe wereld. We moeten die alleen nog even wat meer vorm geven.
Maak jouw eigen website met JouwWeb